Nieuws - Uit ons verleden (6): Het feest dat niet doorging...
Het had zo mooi kunnen zijn. Je wordt 140 jaar, organiseert een feestelijke viering, nodigt daarvoor mensen uit en……….dan valt de dooi in! U heeft het al door. We hebben het over de ‘IJsclub Donkerbroek’, 140 jaar ‘oud’ en daarmee de oudste vereniging in Donkerbroek en (zeer waarschijnlijk) de oudste ijsclub van Ooststellingwerf. Het feest zou, natuurlijk op de ijsbaan, worden gehouden op zondag 27 januari 2013. Een spelletjesmiddag voor jong en oud.
Maar, niet wanhopen, immers het jaar duurt nog lang en gedurende dat jaar blijft de ijsclub 140 jaar. Misschien komt er nog wel een vorstperiode, hetzij voor, hetzij na de zomer. Zo ja, nou, dan zal men zeker de kans grijpen om alsnog het jubileumfeest op de ijsbaan te vieren. Wij doken in de (oudste) geschiedenis van ‘onze’ ijsclub en doen u hiervan verslag.
Het begin
Geschaatst zal er natuurlijk al wel honderden jaren zijn in Donkerbroek.. Op de Tjonger, toen nog niet gekanaliseerd, dus veel bochtenwerk en op poelen op ’t Oost. Later, vanaf eind 18e eeuw, ook op de Opsterlânske Kompanjonsfeart.
Maar wanneer startte hier de schaatserij in verenigingsverband? Tja, dat is al meteen een moeilijk punt! Werd de vereniging inderdaad 140 jaar geleden opgericht? Hoe zouden we dat kunnen weten? Helaas beginnen de notulenboeken in het archief van de vereniging pas in 1905. Officiële stukken waarin de oorspronkelijke oprichtingsdatum wordt genoemd zijn er niet. We moeten dus langs andere wegen proberen aan de weet te komen wanneer het allemaal begon.
Interessant is wat we in de Provinciale Drentsche en Asser Courant van 28-01-1869 aantreffen. Onder de kop ‘Een ijsclub in Ooststellingwerf?’ volgt een (ingezonden?) artikel van iemand die ondertekent met ‘Democriet’. Democriet, vreemde naam. Dat wordt oppassen, immers een democriet is iemand die om alles lacht, alles van de belachelijke kant bekijkt. Maar goed, wat schrijft dat persoon. De eerste zin wil ik u niet onthouden. We lezen: ’Wanneer in den wintertijd de wateren tot een harden bodem zijn gestold, dan herleven, vooral in Friesland, de harten van jong en oud en eene algemeene bedrijvigheid treedt in de plaats van een anders niet zelden kwijnende toestand’ (einde citaat). Bij ijs valt er door menig neringdoende en handwerksman wat te verdienen, aldus de schrijver.
Maar, terwijl er in de meeste gemeentes van Friesland ijsclubs bestaan is zulks in Ooststellingwerf niet het geval. De schrijver deelt niet de opvatting van hen die zeggen dat er geen goede terreinen zijn ‘voor eene geschikte ijsbaan’. Hij noemt een aantal dorpen waar ’s winters bevroren plekken zijn ‘die bijzonder geschikt zijn voor een wedstrijd op schaatsen’.En, zo waar, ons dorp wordt ook genoemd! We lezen: ‘Ook te Donkerbroek zou met weinig moeite eene uitmuntende ijsbaan te verkrijgen zijn’. Maar waar dan? Democriet geeft het antwoord niet. Wel roept hij de burgemeester van de gemeente op actie te ondernemen en dan ‘gelooven wij, zou er spoedig een ijsclub tot stand komen. –Dat worde zoo!’ (einde citaat). En, leidde die oproep uit 1869 tot de oprichting van ijsclubs in Ooststellingwerf en in het bijzonder in Donkerbroek?
De oudste vermelding (althans tot nu toe gevonden) van de combinatie ‘hardrijderijen op schaatsen en Donkerbroek’ vinden we in de Leeuwarder Courant van 31-01-1871. Het bericht is hiernaast geplaatst. Er wordt niet gesproken over een ijsclub, laat staan dat er een naam wordt genoemd. Maar wel lezen we: ‘de baan, netjes met vlaggen versierd, was prachtig.’ Dat heeft enige organisatie gevraagd. Bestond de ijsclub toen misschien toch al wel? En waar was die ‘baan’ gesitueerd? Vragen waarop we (nog) geen antwoorden hebben gevonden.
Het duurt tot 1885 voordat we in aankondigingen/verslagen van hardrijderijen in ons dorp in de media de vermelding aantreffen ‘IJsclub DONKERBROEK’ (zie advertentie hiernaast). In die jaren komen we in de Leeuwarder Courant regelmatig verslagen tegen van hardrijderijen voor mannen. Bv. op ’24 Januarij 1879’. Maar liefst 40 rijders dingen mee naar de prijzen. De eerste prijs, ƒ 30,--, wordt gewonnen door IJmke de Schaap van Jubbega.
De ijsclub organiseerde niet alleen hardrijderijen op de schaats, maar ook, zoals het bericht hiernaast leert, hartje zomer 1885, ‘een schoon feest’ voor de schoolgaande kinderen. Een uitgebreid programma met ‘des avonds’ vuurwerk! Wie de jeugd heeft heeft de toekomst, zo zal men gedacht hebben. Een idee voor het huidige bestuur om het ledental in de toekomst veilig te stellen?
In de Leeuwarder Courant van de laatste decennia van de 19e eeuw treft men jaarlijks verslagen aan van ledenvergaderingen. Een belangrijke bron voor informatie, immers, zoals opgemerkt, de notulenboeken beginnen pas in 1905. Bv. 1888: de jaarrekening sluit met een batig saldo van ƒ 28,17 en dat de contributie voor 1889 wordt vastgesteld op ƒ 0,50. Maar, mocht echter het bedrag der uit te reiken prijzen meer bedragen dan het batig saldo, wel, dan moeten de leden dieper in de buidel tasten. Dan is de contributie ƒ 0,75 (!). In die zelfde vergadering van 18-11-1888 besluit de ledenvergadering het voorstel van het bestuur tot het aanschaffen van een eigen vlag met wimpel aan te nemen. Zou die vlag met wimpel bewaard zijn gebleven?
In de eerste advertentie betreffende hardrijderijen in die periode wordt niet genoemd waar geschaatst zou worden. Pas in een advertentie in de Leeuwarder Courant van 08-01-1889 lezen we: ‘(Bij voldoende sterkte van het IJs in de Compagnonsvaart)’. Had men dus nog niet een eigen ijsbaan? (zie hiernaast).
Net zoals thans werd er ook vroeger wel muziek ten gehore gebracht, zij het alleen bij hardrijderijen, bv. op 20-01-1905. In het Nieuwsblad van het Noorden van 18-01-1905 valt te lezen dat de rijderijen zullen worden ‘opgeluisterd met hoornmuziek’ (dus live muziek en dat missen we thans!).
Terug naar het begin
Bestaat de ijsclub thans 140 jaar of toch niet? De enige plaatsen waar we mogelijk een antwoord kunnen verkrijgen zijn: de notulenboeken vanaf 1905 en de krantenverslagen met interviews bij zoveeljarige jubilea.
Wat vinden we nu in die notulenboeken en in de krantenverslagen?
Allereerst: het notulenboek 1905-1949. Op de pagina tegenover het eerste blad waarop de oudste (bewaard gebleven) notulen (13-11-1905) beginnen valt deze losse notitie te lezen: ‘Volgens mededeeling in vergadering van 1911 had de ijsclub toen al 40 jaar bestaan!’ Dus: opgericht in 1871.
Overigens, in de notulen van deze ‘Gewone Jaarlijksche Vergadering Maandag 13 Nov. 1905 ’s avonds uur bij Wed. Poutsma’ (uitbaatster van een café, thans Vosseheer 1 en 2) lezen we dat, na de opening, de notulen van de vorige vergadering zijn gelezen en zonder aanmerkingen zijn vastgesteld. Er was dus een ouder notulenboek.
- notulen buitengewone ledenvergadering 03-03-1911: ‘…….Waarom het bestuur, ook mede met het oog op het 40 jarig bestaan der IJsclub in November 1911 …..’ Dus: opgericht in 1871.
- notulen Jaarlijkse Ledenvergadering 30-11-1911: Met het oog op het 40-jarig bestaan wordt de ‘wenschelijk(heid) besproken om den ’s avonds bij de prijsuitdeeling der ledenrijderij zoo mogelijk een declementor te engegeeren’ (einde citaat). Dus: opgericht 1871.
- notulen 30-11-1921: ‘Verder heeft het bestuur uit de oprichtingsreglementen gelezen dat het dit jaar vijftig jaar is geleden dat de IJsclub ‘Donkerbroek’ is opgericht, en wel den 1e Nov. 1871’ (einde citaat). Dus: in 1871. Het bestuur was dan ook van mening ‘dat dit vijftig jarig bestaan niet ongemerkt voor bij mocht gaan’. Het stelt voor deze winter (dus 1921/1922) enige feestavonden te beleggen. ‘Op dat het op eerbiedige wijze herdacht kan worden, daar onze ijsvermaken (rijderijen) met de lage water stand, toch wel niet veel zal worden’ (einde citaat). In het Jaarverslag 1921-1922 vinden we echter niets over de viering van het 50-jarig bestaan. Niet doorgegaan?
Overigens, uit de notulen van de Jaarvergadering van 22-11-1907 weten we dat er een verenigingsreglement was. Er staat nl. dat bestuursleden, volgens art. 6 van het reglement, woonachtig moeten zijn in Donkerbroek. Helaas is (ook) dat reglement ‘zoek’.
Maar ……….
in het oudste notulenboek treffen we een ook een (losse) notitie aan met de volgende inhoud: ‘zaterdag 25 en zondag 26 Nov 1922 is het 50 (N.B.: er stond 60, maar 50 daar doorheen geschreven) jarig bestaan der vereeniging feestelijk door de leden herdacht. De H.H. Krips en Molenaar declamator’s verleenden hierbij hunne medewerking’ (einde citaat). Ergo: opgericht in 1872. In de vergadering van 16-11-1926 komt evenwel bij de agendapunten 11 en 12 aan de orde: ’Bespreking feestelijkheden bij het 55 jarig bestaan der IJsclub overgelaten op ’t bestuur’.Dus toch 1871?
Noch in het notulenboek, noch in kranten vinden we iets over het 75-jarig bestaan der vereniging in 1947 (of 1946?). In het ‘Overzicht IJsclub Donkerbroek seizoen (19)72/73’ lezen we echter weer dat het bestuur een bespreking voerde over het 100 jarig bestaan. ‘Oprichting der ijsclub was in het jaar 1872, op 11 Nov.’, zo staat er geschreven. Dus nu weer 1872.
Er werd een feest gepland op 17-02-1972 en dat kwam er ook (zie uitnodiging hiernaast). De Nieuwe Ooststellingwerver schenkt in haar nummer van 8-2-1973 bijna paginagroot aandacht aan het jubileum. We lezen o.a.: ‘…….de vereniging aanschouwde blijkens de inmiddels vergeelde notulen op 11 november 1872 het levenslicht ….’ (einde citaat). Bron: ‘….het jaarverslag van 1922 …… Men had echter verder terug moeten kijken in dat notulenboek!
’t Ja, in november 1997 vierde de ijsclub het 125-jarig bestaan. Immers: 1972 + 25 = 1997!
Het 150-jarig bestaan zal dus wel worden gevierd (ook op het ijs, als dat er dan is) in 1997 + 25 = 2022! Of ook dan tòch een jaar te laat?
Wordt vervolgd
In een volgende aflevering wordt nog even ingegaan op momenten uit de eerste 50 jaar van de ijsclub. Aan de orde zullen komen: waar was de eerste ijsbaan (zo men die had) en vanaf wanneer waar de tweede ijsbaan. Maar ook: De buurtschappen Petersburg en Moskou hadden in de eerste decennia van de 20e eeuw hun eigen ijsclub. (zie hiernaast). Waarom een eigen club en waar was hun ijsbaan? In de notulenboeken van de IJsclub Donkerbroek wordt niet eenmaal aandacht geschonken aan de ‘zusterclub’. Mochten er onder de lezers/lezeressen zijn die antwoorden hebben op bovengenoemde vragen, wel, neem dan contact op met schrijver dezes.
Geplaatst op: 24 Maart 2013